Zaaien in de rode aarde

20150911_132629
De Zaaier, Vincent van Gogh

Waar zal dit stukje over gaan, vraag ik me af terwijl ik naar De Zaaier kijk, die als ansichtkaart voor mijn neus staat. Om me er aan te helpen herinneren dat we oogsten wat we zaaien, dat we geduld nodig hebben om ‘het’ te laten groeien, dat iets vruchtbare grond nodig heeft en met de juiste intentie bewaterd moet worden om tot bloei te komen.

Goed, laat het verhaal zichzelf maar vertellen… Er zit iemand tegenover me, die op haar telefoon mijn geboortedatum intoetst en me vertelt over de rode aarde, toon 3 en geel zaad. Geel zaad, mijn uitdaging is geduld. Het laten ontstaan dus. En de oermoeder is mijn gids. Ik kan het niet precies navertellen, maar het klopt allemaal wat ze vertelt. Zo worden we begeleid. We krijgen antwoorden op onze vragen, we worden geleid. En bijgestuurd op z’n tijd. 😉

We werden afgelopen week bijgestuurd in ons enthousiasme, we wilden teveel tegelijk van de grond krijgen en dat stuitte op weerstand. “Het regelt zichzelf wel,” concluderen we nu en dat is niet alleen een opluchting, het gebeurt ook. Dat gebeurt als je de zaken verder niet onder druk zet, maar laat ontstaan. Het ontkiemt allemaal snel genoeg, daar hoeven we niet bovenop te gaan zitten met een vastomlijnd plan (juist niet!), een strakke begroting, concrete afspraken op papier en… Dat is allemaal precies het omgekeerde. Dat is juist het patriarchale, precies het onderdrukkende waar we mee af willen rekenen. We willen in dit project het matriarchale belichten en de waarden daarvan laten zien. Dat vraagt dus ook om een matriarchale werkwijze. Het begint bij onszelf, in onszelf.

Gisteren was ik aan het uitzoeken hoe de ‘gift-economie’ in elkaar zit, het klinkt me zo logisch in de oren. De natuur geeft ook, alleen maar. Hoeveel appels brengt een appelboom niet voort, hoeveel pitjes zitten er niet in een pompoen? Ik had de vraag de lucht ingegooid om de gifteconomie te doorgronden (be-grijpen, de blauwe hand, zat ook in mijn Maya-blauwdruk). De ‘gift-economie’, hoe omschrijf ik dat kort en krachtig: het geven dus, onvoorwaardelijk geven, zoals Moeder Aarde dat doet. En er op vertrouwen dat er niet meteen iets terug hoeft te komen, dat er voor je gezorgd wordt, dat je alles hebt wat je nodig hebt, op elk moment. Heel spiritueel dus. Maar ook heel erg aards. Geven vanuit het hart. En niet bang zijn. Dat is de essentie, begin ik te begrijpen. Dan kan het zichzelf regelen. Door angst zet je dingen klem en stroomt het niet meer vrijelijk.

“Wie denk je wel niet dat je bent om aan jezelf te twijfelen?” haalde mijn Maya-gesprekspartner een citaat aan van… ik weet niet meer van wie. Maar ja, inderdaad, wie zijn wij om te twijfelen? Zet dat ego aan de kant, laat het los en laat het ontstaan. Waarschijnlijk weet ‘die regisseur’ (waar ik altijd enorm van onder de indruk ben) al beter wat wij gaan doen dan wijzelf.

Ik vertel haar van mijn vreemde ontmoeting gisteren. Ik maakte een wandelingetje en zag daar iemand op een bankje temidden van een prachtig paars bloemenveld in het zonnetje zitten te genieten. Ik raakte met hem aan de praat, hij bleek helemaal ‘uit het systeem’ gestapt te zijn, had z’n bedrijf opgedoekt, geen huis meer, logeerde bij allerlei vrienden (die hem ook om de haverklap belden, iedereen leek hem nodig te hebben) en leefde van ‘sun-gazing’, waardoor hij het zelfs een tijdje zonder eten had kunnen stellen. Het was een boeiend gesprek, waarin we het over veel dingen eens waren, behalve dit: Het verzet tegen het systeem, er je dan maar helemaal aan onttrekken, dat kan niet in mijn ogen. Je leeft, je bent deel van het geheel, je hebt je eigen rol in het geheel en waarom zou je jezelf zo diskwalificeren door je tegen alles te keren? Ik snap dat je er even uit stapt, op een hele andere manier heb ik dat zelf ook gedaan, om me los te maken van ‘het oude’ en alles opnieuw te bezien, maar vervolgens komt dan de vraag: Hoe er op een nieuwe manier mee om te gaan? “Ook het systeem verandert mee,” zei ik hem. “Ook binnen al die organisaties worden steeds meer mensen wakker. De verandering komt van binnenuit. Vanuit de mens. Vanuit ons. Wees de verandering! Wij zijn de verandering!”

Verzet is nog steeds afhankelijkheid. Overal tegen zijn, gaat niet helpen. Sta op. Zijn eigen kracht was er al, dat kon ik zien. Hoe daar vorm aan te geven, hoe dat ‘in de wereld’ tot z’n recht te laten komen, dat is de volgende stap. Wij creëren. En met het ’tegen’ zijn, creëer je een tegenkracht. Je lost niks op, je versterkt de dualiteit.

Het is een kunst en een uitdaging, op de nieuwe manier in de wereld te staan, maar het kan. En er zijn genoeg mensen die dat willen en kunnen en voelen. De omslag is er al, wij volgen. Geef je verzet op, dat was misschien de boodschap. Laat het zichzelf regelen. Puur vertrouwen betekent dat je het laat ontstaan. Dat wat er door jou geleefd wil worden, gedaan wil worden, gemaakt wil worden.